Programma overzicht

Onderwijszaken

Doelstelling

Zo min mogelijk leerlingen verlaten de school zonder startkwalificatie. Iedere jongere krijgt een onderwijs- en zorgaanbod dat past bij zijn of haar behoefte. Jongeren die hun schoolcarrière zonder startkwalificatie beëindigen, worden tijdelijk ondersteund om de voor hen beste startplek te vinden voor hun verdere (school)carrière. We bouwen voort op de behaalde resultaten van het regionaal uitvoeringsprogramma Voortijdig Schoolverlaten (VSV) en het Jongerenloket. Hierbij is een goede afstemming van het onderwijs op de arbeidsmarkt van belang. Daarnaast is het zo goed mogelijk organiseren van het benodigde doelgroepenvervoer een belangrijk doel dat bijdraagt aan de geformuleerde hoofddoelstelling.

Resultaten

  1. (kwetsbare) Jongeren een passende plek bieden binnen onderwijs, werk of dagbesteding in samenwerking met de netwerkpartners binnen het sociaal en arbeidsdomein.
  2. In 2020 zit in Westfriesland geen enkel kind in de leerplichtige leeftijd langer dan drie maanden thuis zonder een passend aanbod van onderwijs en/of zorg (Thuiszitterspact Westfriesland), bijvoorbeeld door onderwijs/zorgarrangementen.
  3. Versterkte samenhang tussen (regionale) onderwijs- en de (regionale) arbeidsmarkt (zie programma 3, Economische zaken).
  4. Het door leerlingenvervoer toegankelijk houden van onderwijsvoorzieningen.

Prestaties in 2020

  1. Tegengaan van verzuim en schooluitval in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en MBO door de leerplichtambtenaar en het RMC door verzuimgesprekken en '1 gezin 1 plan'. Specifieke aandacht voor het vormgeven van een integrale aanpak, gericht op het terugdringen van verzuim onder kwetsbare jongeren en jonge vergunninghouders in het VO en MBO.
  2. Uitvoering geven aan het regionaal uitvoeringsprogramma Voortijdig Schoolverlaten (VSV) dat gericht is op het terugdringen van schooluitval in de regio Westfriesland volgens de taakstelling van het ministerie van OC&W. Het bestendigen van het Jongerenloket Westfriesland inclusief de geboden trajecten en het vormgeven van trainingen voor de doelgroep (bijvoorbeeld sociale vaardigheidstrainingen). Specifieke inzet om de doelgroep oud-VSV naar arbeid toe te leiden, bijvoorbeeld inzet jobcoaching, doelgroepgerichte projecten zoals Back-On-Track en maatwerkarrangementen.
  3. Uitvoering geven aan het thuiszitterspact door een sluitende aanpak bestaande uit preventie, registratie en monitoring en maatwerkarrangementen. Acties omvatten onder meer het uitbreiden van maatwerktrajecten in onderwijs en de uitbreiding van onderwijs-zorgarrangementen. Dit wordt uitgevoerd door gemeente samen met de samenwerkingsverbanden, scholen (IKC en IKEC), GGD en andere partners.
  4. Verdere optimalisatie van de dienstverlening met betrekking tot leerlingenvervoer door onder meer vereenvoudiging en digitalisering van het aanvraagproces voor ouders en scholen.
  5. Opstellen van een onderwijs-arbeid agenda, waarbij wij streven naar het versterken van de samenhang tussen het onderwijsaanbod en -inhoud en de (regionale) arbeidsmarkt (met extra aandacht voor techniek, groen, zorg en hospitality), het preventief ondersteunen van kwetsbare jongeren richting passend arbeid en het stimuleren van een leven lang leren (zie beleidsveld 3.1 Economische zaken en arbeidsmarktbeleid).
  6. Meer datagericht en -gestuurd werken door het realiseren van een dashboard voor leerplicht, RMC en doelgroepenvervoer.

Indicatoren

Nr.

Beleidsindicator

Eenheid

Waarde
Begroting
2020

 Waarde
Begroting
2019

Toelichting

Bron

1

Aantal thuiszitters

Aantal

13

-

Leerplichttelling volgens art. 25 van de Leerplichtwet. 2 in het primair onderwijs, 9 in het voortgezet onderwijs, 2 in het MBO.

Overzicht lasten en baten

bedragen x 1.000 euro, - = nadeel

Rekening

Begroting

2018
saldo

2019 saldo

2020 lasten

2020 baten

2020 saldo

2021 saldo

2022 saldo

2023 saldo

Onderwijszaken

-1.312

-1.289

-6.068

4.891

-1.178

-1.177

-1.180

-1.168

Totaal saldo van baten en lasten

-1.312

-1.289

-6.068

4.891

-1.178

-1.177

-1.180

-1.168

Toevoegingen reserves

0

0

0

0

0

0

Onttrekkingen reserves

0

0

0

0

0

0

Resultaat

0

0

0

0

0

0

 

Verklaring grote verschillen B2020 en B2019

Bedragen x 1.000 euro, - = nadeel

Verklaring verschil

Bedrag

Inzet personeel. Ieder jaar beoordelen de teams het inzetten van personeel per beleidsveld. Dat leidt vaak tot verschuivingen tussen beleidsvelden, maar geeft inzicht in de personele kosten voor dat beleidsveld voor het jaar. De totale personeelskosten voor de organisatie wijzigen niet, behalve voor de ontwikkelingen uit de cao en veranderingen in de formatie.

-56

neutraal

De uitkering van het Rijk voor uitvoering van het onderwijsachterstandenbeleid (OAB) is in 2020 hoger dan in 2019.

337

neutraal

Het budget voor onderwijsachterstandenbeleid is gelijk aan de inkomsten van het Rijk voor deze regeling. Omdat de inkomsten toenemen in 2020, wordt het uitgavenbudget ook verhoogd.

-337

neutraal

Bij de Kadernota 2019 is besloten om het budget voor onderwijsbegeleidingsdienst te verlagen vanaf 2020. De reden hiervan is dat de werkzaamheden binnen het sociaal domein worden uitgevoerd, daarmee wordt dit budget (deels) verlaagd.

140

voordeel

Bij de Kadernota 2019 is besloten om het budget voor leerlingenvervoer structureel te verlagen. De reden hiervan is dat 'onderwijs in de nabijheid' de tendens is.

50

voordeel

De NEA-indexatie voor 2020 is 5%, het budget voor leerlingenvervoer wordt met deze index verhoogd.

-23

nadeel